Vincentius (in Bretagne Visant) Ferrer (soms Ferrier) op, Vannes, Bretagne, Frankrijk; kloosterling & volkspredikant; † 1419
Hij was rond 1350 in het Spaanse Valencia geboren uit een Engelse vader en een Spaanse moeder. Reeds op jonge leeftijd trad hij toe tot de orde der dominicanen. Hij werd een beroemd predikant die heel Europa doortrok om de mensen op te roepen zich van hun lakse levenswijze te bekeren. Hele volksmassa’s kreeg hij op de been. Hij wist ze meesterlijk te bespelen in dienst van het evangelie. Het was dus een slimme zet van de tegenpaus te Avignon, Clemens VII (1378-1394), toen hij van Vincentius’ kwaliteiten gebruik maakte om het koninklijk huis van Aragón op zijn hand te krijgen.
De verwarring binnen de kerk van die tijd was zo groot dat zelfs een heilig man als Vincentius lange tijd gemeend heeft hiermee de goede zaak te dienen. De leiding van de dominicaner orde riep hem echter terug en gaf hem een spreekverbod; nu gaf hij les aan de domschool van Valencia. Maar vanaf 1399 trad hij weer op in het openbaar. Toen hij in Toulouse preekte, werden de lessen aan de plaatselijke universiteit drie weken lang stilgelegd om ieder de gelegenheid te geven naar hem te gaan luisteren.
Pas in 1412 begon hij in te zien dat hij fout was geweest met zijn steun aan de paus van Avignon. Dat was een zeer pijnlijke ontdekking. Hoe diep dit alles hem geraakt moet hebben, kunnen we afleiden uit het feit dat hij zich van nu af ‘afgezant van Paus Jezus’ noemt. Het Concilie van Konstanz (1413-1417) zorgde ervoor dat er weer één paus aan het hoofd van de kerk stond. Hij speelde een belangrijke rol in het schisma rond de ware paus. In 1416 maakte hij zich in een rede te Perpignan, Zuid-Frankrijk, officieel los van de toenmalige tegenpaus van Avignon, Benedictus XIII. Daarop trok hij naar Bretagne om er het volk weer tot God te brengen. Maar hij was intussen een oud man geworden. Hij kon zelfs niet meer op zijn eigen benen staan; hij moest door een ezel gereden worden. Het was tenslotte te Vannes dat hij stierf. Daar ligt hij ook begraven.
Met hem worden op deze dag ook herdacht zijn gezellen Antonius Fuster, Blasius van Auvergne en Petrus Cerdan. Wat was hun plaats? Om daarachter te komen is het goed te beseffen dat Vincentius massa’s mensen trok, soms wel tachtigduizend.
Wie hem eenmaal gehoord had, wou niet meer weg en trok met hem mee naar de volgende standplaats. Met als gevolg dat hij vaak door duizenden mensen werd begeleid. Onder zijn gevolg waren priesters die meteen biecht konden horen; er waren zangers bij en muzikanten met draagorgeltjes die de dienst opluisterden met muziek en gezang; klerken en notarissen waren erbij die het bijleggen van ruzies en de afhandelingen van geschillen meteen vastlegden; er waren mannen bij die voor eten en slapen moesten zorgen voor al die mensen. Hij was gewoon drie maal per dag een toespraak te houden; opvallend was daarbij dat zijn stem niet zwakker werd. Hoewel hij alleen in het Spaans sprak, zijn moedertaal, werd hij begrepen door Fransen, Italianen, Duitsers, Engelsen en zelfs Grieken en Hongaren. Hij moet ook onnoemelijk veel wonderen hebben verricht; hij wekte een aantal doden weer ten leven; wist brood en meel te vermenigvuldigen; genas blinden, stommen, lammen en geesteszieken; als hij een zieke de hand oplegde, was deze weer beter.
Patronaten
Hij is patroonheilige van de Spaanse stad Valencia en de Bretonse plaats Vannes; verder van huizenbouwers, dakdekkers, dakpanfabrikanten, houtbewerkers, loodgieters. Zijn voorspraak wordt ingeroepen tegen epilepsie en toevallen, hoofdpijn, koorts en allerhande ziekten; verder wordt zijn voorspraak gevraagd voor een goed huwelijk, voor vruchtbaarheid, voor een zalige dood en tegen gevaren. In Bretagne is hij ook patroon van de paarden.